In Nederland hebben we een zeer uitgebreid sociaal stelsel. De afgelopen jaren klinkt er steeds hardere kritiek op misstanden, zowel op misbruik ervan als juist een te harde aanpak van mensen die onterecht van fraude ervan worden verdacht. Toch zullen mensen die in een situatie komen waarbij ze ervan gebruik kunnen maken, maar wat blij zijn met de financiële ondersteuning die bepaalde voorzieningen kunnen bieden. De WIA-uitkering bijvoorbeeld kan bij mensen die langdurig ziek of blijvend arbeidsongeschikt zijn financiële problemen voorkomen.

De WIA-uitkering: voor wie en wat?

Raakt een medewerker in loondienst arbeidsongeschikt, of is deze langdurig ziek? Dan is de werkgever verplicht minimaal twee jaar lang minstens zeventig procent van het loon door te blijven betalen. Na afloop van deze periode kan de medewerker in aanmerking komen voor een WIA-uitkering. Hieraan zijn bepaalde voorwaarden verbonden, zoals minimaal voor 35 procent minder kunnen werken en een voormalig dienstverband bij een Nederlandse werkgever.

Hier heb je recht op met een WIA-uitkering

De werk Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen kent een onderscheid van twee uitkeringsvarianten. Enerzijds is er de IVA (Inkomensvoorziening Volledig Arbeidsongeschikten) voor mensen die niet meer kunnen werken. Zowel nu als in de toekomst niet. De IVA-uitkering bedraagt 75 procent van het laatstverdiende brutoloon. Anderzijds gaat het om de WGA (Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten) voor mensen die – nu of in de toekomst – nog wel of deels kunnen werken. De WGA-uitkering bedraagt de eerste twee maanden 75 procent van het laatstverdiende loon, daarna tot en met de 24ste maand 70 procent hiervan. Een uitkeringsgerechtigde kan vervolgens nog in aanmerking komen voor een vervolguitkering.

Aan deze plichten moet je voldoen met een WIA-uitkering

Hoewel er wel eens wordt gegrapt over ‘gratis geld’, is een uitkering allerminst zomaar te krijgen. Zo ben je bij een WIA-uitkering (net zoals bij veel andere uitkeringen) verplicht om de juiste informatie over jezelf en je situatie te geven, wijzigingen in je situatie tijdig door te geven, een geldig identiteitsbewijs te hebben, naar afspraken bij het UWV te komen, mee te werken aan onderzoeken, de documentatie betreffende de uitkering goed te bewaren en te werken aan je gezondheid.

Heb je een WGA-uitkering, dan gelden er nog aanvullende plichten. Zo moet je bijvoorbeeld actief meewerken aan je re-integratie, door je aan de afspraken te houden die je met de arbeidsdeskundige maakt. Verdien je daarnaast minder dan je volgens de arbeidsdeskundige zou kunnen verdienen? Dan moet je op zoek gaan naar passend werk bij je mogelijkheden, en tijd en energie steken in het behouden van dit werk.